Door: Amber Witsenburg
In mei kwam het boek HannaH van Edith van Walsum uit. Een interessant boek voor de aseksuele gemeenschap, want dit is een van de eerste boeken in de Nederlandse literatuur waarin een personage uit de kast komt als aseksueel. Het verhaal gaat over twee tegenpolen, namelijk de extraverte en levenslustige Hannah, en de schuchtere en in zichzelf gekeerde Karel. Als tieners hebben ze kort verkering met elkaar, maar het gaat al snel uit door hun verschil in behoeftes. Jaren later komen ze elkaar weer tegen en groeien ze naar elkaar toe.
Het boek is opgezet in hoofdstukken die afwisselend vanuit het perspectief van Hannah of Karel zijn geschreven. Daardoor krijg je een kijkje in het leven van beide personages en wordt het contrast tussen de twee duidelijk. Hannah is levendig, actief, extravert en sensueel. Karel is saai, passief, introvert en aseksueel. Daarbij wordt Hannah’s sensualiteit helaas als positiever neergezet dan Karels aseksualiteit.
Perspectief op seks
Toch wordt seks in dit boek ook niet altijd positief gerepresenteerd, en dat vond ik interessant en verfrissend aan dit verhaal. Hoewel duidelijk wordt dat Hannah erg van seks houdt, heeft zij ook meerdere nare ervaringen met seksuele intimidatie en seksueel geweld.[1] Daardoor leert Hannah dat seks niet altijd geweldig is.
Terwijl Hannah haar visie op seks herziet, blijft Karel het zijn hele leven verafschuwen. Hoewel hij zijn afkeer van seks op overdreven en soms komische wijze beschrijft, kan ik me goed inleven in hoe hij zich voelt. Wat ik echter problematisch vind is dat Karels aseksualiteit wordt geassocieerd met kenmerken die ik ben tegengekomen als stereotypes van aseksualiteit. Hij wil niet aangeraakt worden, kan zich niet redden in sociale situaties en heeft geen vrienden; ook stereotype kenmerken van autisme. Daarbij heeft hij een jeugdtrauma omdat hij veel is gepest, en lijkt hij zelfs last te hebben van een Oedipuscomplex: met zijn moeder houdt hij zijn hele leven een hechte band, terwijl hij en zijn vader elkaar haten.[2] Dit zijn allemaal stereotypes van aseksuele mensen, die kunnen leiden tot meer vooroordelen, zoals het vooroordeel dat aseksualiteit een symptoom is van een aandoening.
Uit de kast
Ook Karels passieve houding maakt zijn hoofdstukken bijna vervelend om te lezen. Hoewel Hannah ook allemaal nare dingen meemaakt, weet ze telkens actie te ondernemen om uit die situaties te komen. Karel laat het leven daarentegen maar over zich heen komen. Pas aan het einde van het boek wordt hij gedwongen actie te ondernemen, omdat hij beseft dat hij anders Hannah, en zijn laatste kans op levensgeluk, zal verliezen.
Hij komt daarom uit de kast bij Hannah. Dit was een enigszins vreemde ontwikkeling aan het einde van het boek, want vóór dat moment is nog niet gebleken dat Karel überhaupt van aseksualiteit heeft gehoord, laat staan dat hij weet dat hij zelf aseksueel is. Hij heeft het in ieder geval niet van zichzelf geaccepteerd, want hij biecht het vol schaamte op en wil ook maar één keer benoemen wat hij is: “aseksueel of in het beste geval demiseksueel”. Een tekortkoming vindt hij het. Iets waar hij de prachtige, leuke Hannah niet mee wil opzadelen. Ook zij heeft het er moeilijk mee. Ze kan toch zeker niet leven als non in een relatie met hem? Daarbij heeft ze erg veel medelijden met Karel, die zonder seksualiteit door het leven moet. Alsof ze opeens is vergeten dat seks voor haar ook niet altijd leuk is geweest.
Open einde
Het is jammer dat het boek kort na dit moment al is afgelopen, want voor mijn gevoel is er nog zoveel meer te vertellen. Karel legt nooit een weg af naar zelfacceptatie en Hannah wordt zich niet bewust van de parallel tussen hun verhalen. Zij heeft een hele periode in haar leven dat seks haar zo tegenstaat dat ze zich wellicht net zo voelt als Karel, maar hier wordt aan het einde van het boek niet naar terugverwezen. Dit terwijl deze realisatie haar zou kunnen helpen Karel te accepteren zoals hij is.
Al met al heb ik dus het gevoel dat het boek kansen laat liggen om tot een mooi afgerond geheel te komen. Ook het feit dat aseksualiteit in het personage van Karel wordt gelinkt aan allerlei stereotypes is ontzettend jammer en de representatie van aseksualiteit blijft daarbij vrij oppervlakkig. Het is fijn om aseksualiteit eens in een Nederlands boek benoemd te zien, maar volgende keer mag het van mij beter worden uitgewerkt.
[1] Deze ervaringen worden gedetailleerd beschreven, dus alvast een waarschuwing daarvoor.
[2] Ik heb al eerder geschreven over de representatie van aseksualiteit als gevolg van trauma, een idee dat de wereld in werd geholpen door de (Freudiaanse) psychoanalyse. Freud dacht dat zowel homoseksualiteit als aseksualiteit het gevolg was van een traumatische gebeurtenis tijdens de Oedipale fase. Hoewel het boek dit verband niet expliciet legt, wordt de suggestie wel gewekt, zeker door de rare verhouding die Karel heeft met zijn ouders.
Dit is een boek dat ik wel zou willen lezen. Toch verrassend dat er iets over is geschreven. Wist ik niet. Ben pas een jaar bewust dat ik een andere geaardheid heb en ben al 64. Alles valt nu op een plek.